Adviesrapport: grote behoefte aan expertise over NAMs

Het 3Rs Centrum Utrecht heeft in opdracht van TPI een inventariserend onderzoek uitgevoerd naar de toegang tot expertise in proefdiervrije innovaties, ook wel New Approach Methodologies (NAMs) genoemd. Dit onderzoek laat onder andere zien dat er grote behoefte is aan meer expertise over NAMs en, daarmee samenhangend, aan NAMs-experts. De resultaten zijn gebundeld in een adviesrapport aan TPI.

NAMs expertise is steeds specialistischer

Het veld van proefdiervrije innovaties, of New Approach Methodologies (NAMs), ontwikkelt zich in een rap tempo. Expertise is daarmee in toenemende mate  technologisch en specialistisch. En het vraagt veel van belanghebbenden zoals onderzoekers, biotechnici en instanties om alle ontwikkelingen op dit gebied bij te houden. Daarom gaf TPI een opdracht aan het 3Rs Centrum Utrecht om de toegang tot NAMs-expertise te inventariseren.
Projectleider dr. Birgit Goversen voerde het onderzoek uit onder begeleiding van de directeur van het 3RCU dr. Jeffrey Bajramovic. Door middel van een enquête en interviews is er onderzoek gedaan naar de toegang tot NAMs-expertise binnen het biomedische werkveld. Ook is de behoefte aan aanvullende expertise bevraagd en is de interesse gepolst in initiatieven om de toegang tot expertise te vergroten.  

Vergroten van toegang tot NAMs-expertise

De resultaten van de enquête laten zien dat bijna de helft van de respondenten onvoldoende toegang heeft tot specialistische NAMs-expertise. Daarnaast is er een breed gedragen behoefte aan aanvullende informatie. Het overgrote deel van de respondenten (72%) heeft minstens één tot vijf keer per maand aanvullende informatie over NAMs nodig. Die informatie loopt uiteen van bijvoorbeeld puur technische informatie tot advies of duiding over de mate waarin NAMs een voorgenomen dierproef zouden kunnen vervangen.

Database, commissie of helpdesk?

Respondenten geven aan dat een database met gevalideerde NAMs, een commissie of een helpdesk die advies op maat geeft, heel interessant zijn. Daarbij ziet een groot aantal respondenten een grote rol voor de overheid bij het vergroten van de toegang tot NAMs-expertise, vanuit de ambitie om de transitie naar proefdiervrije innovatie te versnellen.

Bij NAMs-expertise is duiding van belang

De belanghebbenden in het veld die geïnterviewd zijn, geven aan dat er ook behoefte is aan duiding van verschafte informatie over NAMs. Er is met name interesse in een adviserende rol van NAMs-experts, waarbij direct contact met de desbetreffende expert(s) van belang is. Volgens de geïnterviewden zou een pool van NAMs-experts breed ingezet kunnen worden. Zo’n pool zou ook een belangrijke aanvullende functie kunnen hebben voor bijvoorbeeld onderzoeksfinanciers, Instanties voor Dierenwelzijn (IvD’s), Dierexperimentencommissie (DEC’s) en de Centrale Commissie Dierproeven (CCD).

Vervolgstudie naar de haalbaarheid van een helpdesk

Gebaseerd op dit inventariserend onderzoek is een vervolgstudie ingezet, wederom met steun van het TPI programma, om de haalbaarheid van een helpdesk voor NAMs-expertise te onderzoeken.

Het adviesrapport ‘Toegang tot NAMs expertise. Een inventariserend onderzoek’.